Of dat nou komt omdat hier in het oosten de lente iets later is dan in het westen, geen idee. Maar dat prille jonge groen waar ik zo naar snak, is hier nog ver te zoeken.
Ik heb al een heleboel opgeruimd. En ik moet mijn schilderkamertje nodig onder
handen nemen. Ik bracht al veel dingen naar een kringloopwinkeltje in de
buurt. Maar ja. Ik kom er ook graag om te kijken.
Ik had hem (of haar?) al een paar keer gezien op mijn balkon. Hij eet van de restanten van de vogelvoertaart in het hoekje. Maar als ik een foto wil maken is hij gevlogen.
Kent iemand dat woord nog? Het zijn de artikelen in een winkel die overblijven en maar niet verkocht worden. Zo is het ook met mijn foto's. Sommige passen niet in een verhaal en blijven liggen. En dan worden het 'fotodochters' of 'blogdochters'? Anyhow, hier zijn er een paar.
Gisteren ging ik een klein wandelingetje doen naar de Kloostertuin. Even een frisse neus halen en om de
vorderingen van het voorjaar te zien. Maar het hek van de Kloostertuin was op
slot. Op een bord staat: geopend van 8 tot 18 uur. Maar iemand moet dat hek
openen en sluiten. En die persoon was om 11 uur nog niet wakker.
In de blogwereld heerst weer een opruimvirus, lees ik. Nu heb ik al zo veel opruimrondes gedaan, dat ik op dit moment niet zou weten wat ik nog weg zou kunnen doen. Mijn ondergoed zit à la Marie Kondo in een mandje, ik bracht al vele ladingen spul naar de kringloop, maar mijn huis weigert er minimalistisch uit te zien. Ik leg me er deze ronde maar bij neer.
Weertje, hè. Het had wel een beetje gevroren vannacht. En het was best koud
nog vanmorgen, maar wat maakt dat zonnetje een verschil met het grijs van
vorige week.
Dat werd wandelen. En ik knipte hier en daar een foto.
Ik had beloofd nog een berichtje te schrijven over wat mij wél helpt, sinds ik stopte met de post covid revalidatie bij een ergo- en een fysiotherapeute die niet hielp. En daar zat ik flink mee te worstelen.
Een jaar geleden stond er een bak met bollen te pronken in mijn woonkamer. Kijk maar hier. Toen ze uitgebloeid waren, liet ik het groen afsterven, droogde de bollen en bewaarde ze in een papieren zak in de berging. En ik plantte ze in potten in het najaar. Kijk maar hier.
De foto was nogal donker. Dus ik besloot met een online fotoprogramma de foto wat lichter te maken. Maar je kunt nog veel meer met dat soort programma's.
Eind januari was het 6 maanden geleden dat ik corona had. Met het verstrijken van die termijn is de mogelijkheid voor post covid revalidatie vervallen. Daarvoor heb je wel een verwijzing van de huisarts nodig, maar dan heb je recht op langdurige fysiotherapie, ergotherapie, een diëtiste en/of logopedie. Al naar gelang je post covid klachten uiteraard.
Om goed te 'aarden' moest ik eens een meditatieoefening doen waarbij ik me moest voorstellen dat er vanuit mijn voeten wortels groeiden diep de aarde in. Onmiddellijk speelde mijn verbeelding mij parten en zag ik die wortels door
Dit zag ik maandag uit mijn keukenraam voordat de verwarmingsmensen kwamen. Ochtendgloren. 's Winters kan ik door de boom heen het klokkentorentje van de Broederenkerk zien. En 's zomers is die boom mijn
Niet echt, want ik heb een ventilatorkacheltje. Maar de cv-ketel is wéér kapot. Al een paar keer is de goede man geweest. De verwarmingsmonteur, die ik inmiddels al aardig begin te kennen. Zijn koffie stond dinsdag al klaar.
Facebook herinnerde mij er al aan, dat ik een week eerder het huurcontract tekende, maar officieel ben ik vanaf 1 februari 2013 ingezetene van Deventer. En het duurde weer twee à drie weken voordat ik helemaal over was.
Ik kreeg voor Sinterkerst zo'n 'vogelvoertaart' cadeau. Ik zette hem op het randje van mijn balkon, zodat vogels er makkelijk bij kunnen en bij onraad meteen weer weg kunnen. Erboven hangt de drukbezochte voedercontainer voor de meesjes.
Ik kwam deze uitdrukking laatst tegen in een ander verband. Hij bleef in mijn
hoofd hangen. Ik vond hem ineens heel goed bij de maand januari passen.
Het wordt weer niet meer zo vroeg donker en de dagen worden langer. Je
voelt het. Maar we zijn er nog niet. De winterblues is er nog. Bij mij tenminste wel. En hoewel ik het liefst gewoon in winterslaap blijf, grijp ik mezelf toch bij de lurven en doe dingen. Alsof de lente er al is.
Het was droog vanmorgen, hoera! Niet getreuzeld, wandelen! En met de regen van de laatste tijd en de berichten over wateroverlast, moest ik natuurlijk eerst naar de IJssel. De waterstand checken.
Ik begin maar met een vrolijke foto. In de bloemenwinkel is de voorraad hyacinthenvaasjes weer aangevuld. Als je goed kijkt zie je ze staan. En overal worden dingen die aan kerst herinneren opgeruimd. Het uitgebeelde kerstverhaal in de kerk wordt afgebroken. En de kerstbomen naar buiten gesjouwd.
In het zorgcomplex waar ik vorige week mijn laatste gesprek bij de
ergotherapie had, werd gezongen. De plek waar ik moest zijn, kijkt via een
vide uit op de gezelschapsruimte van de afdeling dementie. En het ziet er daar
altijd heel
In Deventer bevindt zich een Russisch Orthodoxe Kerk. Ik ben er wel eens binnen geweest jaren geleden, en de ikonenwand is prachtig, herinner ik me nog. Die iconostase, zoals zo'n wand heet, is hier te zien op een foto. In het begin van de oorlog in Oekraïne maakte ik deze foto's.
In de herfst had ik twee potten met overgehouden bollen geplant. En van de blauwe druifjes was er al groen boven de grond te zien. In die pot komen nu ook de krokussen bovengronds. Een beter begin van het nieuwe jaar kan ik me niet voorstellen.